’t Wandel uurtje …, welke kant ga ik op
zal ik rechtdoor lopen of rechtsaf
Iets in mij zei loop maar rechtsaf
Met het naderen van dit bankje
zat ’n aardige mevrouw
zij was gastvrij was ik zo vrij,
naast haar plaats te nemen
De samenloop bracht ons bijeen
Wij raakten in gesprek…,
Het mocht zo zijn dat ik haar trof
was ’t tijd voor dit moment
De hond aan mijn voeten
alsof hij mij erin begrijpt
Met wel of niet op de bank
’n beslissing of ingeving.
Het is niet een moeten zitten ,
maar je mag er (bij) zitten.
rustig erbij stil staan
Je kan ook gerust eraan voorbij gaan
Groet Plantster